Rijk en markt presenteerden vorige week een Bouwmaterialenakkoord dat moet bijdragen aan een circulaire bouwsector. Opiniemaker Jan Willem van de Groep denkt er het zijne van. “Het is een catalogus van belemmeringen, zonder doorbraakstrategie.”
Met het Bouwmaterialenakkoord presenteert de bouw een gezamenlijk verhaal over verduurzaming. Dertien materiaalketens hebben een routekaart opgesteld en het Rijk benadrukt dat hiermee een belangrijke stap is gezet richting een toekomstbestendige bouwsector. Wie de documenten leest, ziet echter vooral hoe groot de afstand nog is tussen ambitie en realiteit. Het akkoord brengt de knelpunten nauwkeurig in beeld maar biedt nauwelijks de sturing die nodig is om ze op te lossen.
De meeste materiaalketens bevinden zich nog in een voorbereidingsfase. Uit de routekaarten blijkt dat beton en staal als enige daadwerkelijk in de opschalingsfase zitten. De rest werkt nog aan studies, nulmetingen, inventarisaties en verkenningen. De doelstellingen voor 2030 zijn daarmee al onhaalbaar geworden. De tijd die resteert is te kort om via vrijwillige procesafspraken tot substantiële reducties te komen.
Stilte voor de storm
Daarnaast is het akkoord opvallend stil over de grootste structurele opgave: het drastisch verminderen van primaire grondstoffen. De routekaarten zijn grotendeels gericht op recycling en optimalisatie, niet op substitutie of absolute reductie van materiaalgebruik. Het nieuwsbericht bij het akkoord spreekt wel over het vergroten van de beschikbaarheid van grondstoffen en het beperken van milieuschadekosten, maar deze ambities zijn in de routekaarten nauwelijks terug te vinden.
De ketens signaleren zelf waar het spaak loopt. Standaarden belemmeren innovatie, inzet van secundaire materialen stagneert door regelgeving, de businesscases zijn zwak en opdrachtgevers sturen onvoldoende op verduurzaming. Dit is geen externe analyse, het staat in vrijwel iedere routekaart. Toch ontbreekt in het akkoord een echte aanpak om deze bekende lock-ins weg te nemen. Het resultaat is een catalogus van belemmeringen zonder doorbraakstrategie.
Daar komt bij dat het akkoord geen duidelijke ordening aanbrengt tussen de materialen. De klimaat- en materiaalimpact van staal, beton, keramiek, kunststoffen of biobased vezels is wezenlijk verschillend, maar ieder materiaal beweegt binnen zijn eigen logica en toekomstpad. Daardoor blijft buiten beeld welke verschuivingen in materiaalgebruik nodig zijn voor een bouwsector die binnen het klimaatbudget blijft en toekomstbestendig kan blijven bouwen.
Reductiepotentieel blijft buiten beeld
De biobased ketens spelen in dit geheel nauwelijks een rol. De houtsector benoemt de waarde van hernieuwbare grondstoffen en CO2 opslag, maar snelgroeiende gewassen en nieuwe vezelketens ontbreken. Daarmee blijft een groot deel van het mogelijke reductiepotentieel buiten beeld. De huidige industriële infrastructuur vormt de basis van het akkoord en dat maakt het moeilijk om echt nieuwe keuzes te maken.
Het Bouwmaterialenakkoord toont dus vooral aan waar het nog ontbreekt. Het geeft inzicht in kansen en belemmeringen maar ontbeert een dwingend kader, een integrale prioritering en een concreet instrumentarium om door te pakken. Wie de bouwsector werkelijk wil verduurzamen heeft meer nodig dan routekaarten.
Er is een helder sturingsmodel nodig waarin opdrachtgevers leidend worden, waarin normen innovatie mogelijk maken en waarin de sector wordt beloond voor toekomstbestendige keuzes. Pas als het Rijk deze rol op zich durft te nemen, wordt het akkoord meer dan een inventarisatie. Dan kan het uitgroeien tot een instrument waarmee de bouw daadwerkelijk versnelt en de noodzakelijke omslag maakt naar een circulaire en klimaatpositieve sector. Tot die tijd laat het vooral zien hoe groot de opgave nog is.
Dit artikel is geschreven door Jan Willem van de Groep, programmamaker, toekomstdenker en publicist. Hij is onder meer bekend van het overheidsprogramma Building Balance.
Reageren?
Wil je reageren op dit verhaal? Of wil jij ook iets op deze plek delen? Stuur dan een mailtje naar hoofdredacteur Bouw & Installatie Thomas van Belzen via Thomas.van.belzen@jaarbeurs.nl
Eerdere columns van Jan Willem van de Groep