Gasunie heeft in de eerste helft van 2025 een half miljard euro geïnvesteerd in energie-infrastructuur. Dat blijkt uit het halfjaarbericht 2025. De gerapporteerde omzet kwam uit op € 838 miljoen; een stijging van 20% ten opzichte van dezelfde periode een jaar eerder. De groei komt vooral uit hogere gereguleerde transporttarieven in Nederland en Duitsland. Het gastransportvolume lag 9% hoger. De totale kosten bedroegen het afgelopen halfjaar € 632 miljoen.
Dat is een stijging van 11% vanwege de aanvangsinvesteringen van een groot aantal energietransitie- en leveringszekerheidsprojecten. Ook groeide het aantal medewerkers waardoor de personeelskosten zijn gestegen. Het onderliggende resultaat na belastingen (gecorrigeerd voor regulatoire verrekeningen, wat een getrouwer beeld geeft) daalde met 6% naar € 233 miljoen.
Weerbaarheid
Gasunie CEO Willemien Terpstra: ‘De discussie over duurzaamheid gaat allang niet meer over de klimaatdoelen alleen. Het raakt direct aan onze energiezekerheid, de betaalbaarheid van energie én het concurrentievermogen van onze industrie. We zien een positieve ontwikkeling in het publieke debat, waarin deze thema’s steeds meer in samenhang worden besproken. Weerbaarheid is daarbij een gedeelde zorg. Gasunie werkt samen met partners aan concrete oplossingen om die weerbaarheid te versterken. Wij maken ons gasnet klaar voor de toekomst. Door onze infrastructuur voor duurzame gassen slim te laten samenwerken met duurzame elektriciteit maken we onze energievoorziening duurzamer, betrouwbaarder en betaalbaarder. En zorgen we dat we minder afhankelijk zijn van andere landen.’
Voortgang
Gasunie zet met het beheer en de realisatie van infrastructuur voor grootschalig transport en opslag van aardgas, groen gas, CO2, waterstof en warmte vol in op de versnelling van de energietransitie en behoud van de energiezekerheid. Over het eerste halfjaar boekte de onderneming belangrijke voortgang in diverse projecten. Gasunie wil er alles aan doen om belangrijke industrieën voor Nederland te behouden.
Door infrastructuur voor CO2-transport en -opslag te realiseren, kunnen we vanaf 2030 50% van de industriële CO2-emissies verwerken, waarmee CCS voor de komende jaren de enige grootschalige optie voor de Nederlandse energie-intensieve industrie is om te verduurzamen met behoud van Nederland als vestigingsland. De aanleg van het CO2-transport- en opslagproject Porthos en het waterstofnetwerk in de Rotterdamse haven koersen op ingebruikname in 2026. In Duitsland wordt het gasnetwerk stapsgewijs geschikt gemaakt voor waterstoftransport. Daarnaast ontving de toekomstige waterstofberging HyStock een voorlopige opslagvergunning.
Tegelijkertijd hebben projecten als het landelijke waterstofnetwerk en WarmtelinQ te maken met vertraging en hogere kostenramingen, wat helaas kenmerkend is voor complexe infrastructuurprojecten. Voor het CCS-project Aramis nemen Gasunie en EBN een grotere rol op zich, nu de aandeelhoudersstructuur verandert.
Noodvoorraad in gasbergingen
De komende jaren blijft aardgas een belangrijke rol spelen. Naast de bestaande vraag die hoog blijft, zal aardgas bij de verwachte groei van duurzame elektriciteit nodig zijn en bijspringen om te regelen dat vraag en aanbod in balans is, wanneer de wind niet waait en de zon niet schijnt. Deze regelfunctie kan op termijn door andere duurzame gassen worden overgenomen, zoals groen gas of waterstof. Gasunie werkt daarom aan infrastructuur die nu nodig is voor aardgas, maar in de toekomst geschikt is voor duurzame gassen. De aangekondigde bijmengverplichting voor groen gas en de bijmengverplichting voor waterstof in gascentrales zijn wat Gasunie betreft stappen die de energietransitie de goede kant op sturen.
De geopolitieke spanningen in het Midden-Oosten hebben in juni impact gehad op de Europese aardgasprijzen. Gasunie Transport Services (GTS) adviseert de overheid om alert te blijven op de vulgraad van de gasopslagen en pleit voor het behoud van bestaande opslagcapaciteit en de aanleg van een noodvoorraad.
€ 12 miljard investeringsambitie
Tot en met 2030 wil Gasunie € 12 miljard investeren in energie-infrastructuren. Daarmee ondersteunt het bedrijf de Nederlandse industrie, versnelt het de ontwikkeling van waterstof en CCS, en waarborgt het de leveringszekerheid via efficiënte exploitatie van de bestaande netwerken in Nederland en Duitsland. ‘De energietransitie vraagt om vasthoudendheid én flexibiliteit,’ aldus Terpstra. ‘We blijven investeren, leren en bijsturen. Alleen zo bouwen we aan een toekomstbestendig energiesysteem dat duurzaam, betrouwbaar én betaalbaar is.’