Het Scholen°Concept van Klimaatgroep Holland omhelst een compacte decentrale unit in elk lokaal, die per ruimte het binnenklimaat regelt. Verwarming, koeling en ventilatie en daarnaast zijn ook de verlichting en de zonwering erop aangesloten. ‘Dankzij de plug-and-play werkwijze worden fouten voorkomen’, stelt Jan Geert Wind, technisch adviseur bij Klimaatgroep Holland.
Al heel snel na oprichting van de Groningse Klimaatgroep Holland werd het oprichter Harry Vaatstra duidelijk dat er heel veel mis was met het binnenklimaat van scholen. ‘Hij luisterde heel goed naar schoolbesturen en aan de hand van gesprekken met hen werd het Scholen°Concept ontwikkeld’, vertelt Wind. ‘Nog steeds wordt het continu doorontwikkeld, we blijven in contact met scholen.
Het Scholen°Concept
Klimaatgroep Holland is niet alleen in het onderwijs actief, maar bijvoorbeeld ook in de industrie, in kantoorpanden en in retail. ‘We werken conceptmatig en ontwikkelen oplossingen die zijn afgestemd op een specifieke branche en eindgebruiker’, zegt Wind. ‘In scholen werkt dat heel goed, want ieder lokaal heeft ongeveer hetzelfde oppervlak en ongeveer hetzelfde aantal gebruikers. Maar uiteraard zijn er altijd variaties om in verschillende behoeften te voorzien. Zo kunnen we elk project afstemmen op de wensen en eisen van de school.’
Het Scholen°Concept is decentraal, wat wil zeggen dat de unit in elke ruimte apart wordt aangestuurd. Die decentrale aansturing heeft andere voordelen dan centrale aansturing, stelt Wind. ‘Als school ben je veel flexibeler in het gebruik van ruimtes, omdat het systeem kan meebewegen met het gebruik. Er wordt verwarmd, gekoeld en geventileerd op basis van actuele data uit sensoren. De luchtkwaliteit wordt bijvoorbeeld geborgd met continue CO2-meting in elke afzonderlijke ruimte. In een lokaal met dertig leerlingen aan de zonzijde is de ventilatiebehoefte nou eenmaal anders dan in een gymlokaal op de noordkant.’
Bestaande en nieuwbouw
Bij nieuwbouw van een school is Wind het liefst zo vroeg mogelijk betrokken. ‘We denken graag mee over hoe het systeem inpasbaar is. Bijvoorbeeld hoe de architect de toe- en afvoer van ventilatielucht kan inpassen in de gevel, zodat het esthetisch mooi kan worden afgewerkt. En met de installatie-adviseur hoe het ingepast en aangesloten kan worden in de rest van de installaties, zoals warmte- en koudeopwekking.’
In bestaande bouw gaat het vaak om projecten die meer omvatten dan het verbeteren van de luchtkwaliteit. In veel gevallen moet er worden nageïsoleerd om het hele gebouw gasloos te kunnen maken. ‘Het Scholen°Concept kan ook heel goed in fases worden geïnstalleerd. Dat gaat dan lokaal voor lokaal, zodat de school in bedrijf kan blijven tijdens het project.’
Garantie en montage
Zeer belangrijk voor de schoolbesturen is dat Klimaatgroep Holland 10 jaar garantie geeft op product en prestatie van het systeem. ‘Twee jaar garantie is standaard, maar we merkten dat scholen graag meer zekerheid en duidelijkheid willen’, geeft Wind aan. ‘Een nieuwe installatie is een grote investering en met een garantie van twee jaar wisten scholen niet tegen welke kosten ze aan zouden lopen als die twee jaar verlopen waren. Als het apparaat dan kapot gaat is dat een financiële tegenvaller.’
Met 10 jaar garantie weet de school precies wat hen de aankomende 10 jaar te wachten staat. ‘Ook het onderhoud en de filterwisseling hoort bij die garantie. We noemen het ook wel 10 jaar lang geen-gezeik-garantie op het binnenklimaat’, lacht Wind. ‘We kunnen die garantie geven omdat we staan voor ons product en we hebben genoeg ervaring om dit met vertrouwen te kunnen bieden.’ Vanwege die garantie is Klimaatgroep Holland sowieso altijd aanwezig bij de inbedrijfstelling van een systeem.
10.000 klaslokalen aan de monitor
Intussen zijn er meer dan 10.000 lokalen in Nederland voorzien van het Scholen°Concept van Klimaatgroep Holland. ‘Die zijn allemaal standaard aangesloten op de meldkamer’, zegt Wind. ‘Daar kunnen we waar nodig actief bijsturen om zo de werking van het systeem te garanderen.’
Het kan bijvoorbeeld zijn dat een gebruiker van een lokaal niet tevreden is. Dan kan die dit aangeven op het bedienpaneel. Op afstand wordt er vervolgens meegekeken wat er aan de hand is en waar de gebruiker ontevreden over kan zijn. Het CO2-gehalte loopt bijvoorbeeld op, of er is iets met de temperatuur. ‘We weten heel snel waarom een unit niet doet wat hij moet doen en dan kunnen we bijsturen.’