‘Nota Ruimte van Mona Keijzer neigt naar luchtfietserij’

Foto: Shutterstock
Sander van der Meijs
Sander van der Meijs
02 oktober 2025
3 min

‘De Nota Ruimte van Mona Keijzer is dagdromerij die op sommige punten tot normale proporties is teruggebracht.’ Friso de Zeeuw, voorzitter van adviescommissie STOER, waardeert de ijver waarmee de nota is gemaakt, maar wil vooral meer nadruk op de uitvoering.

‘Hoe dan!?’, vraagt De Zeeuw zich af. ‘Hoe gaan we dit doen? Hoe gaan we dit organiseren en wie gaat wat betalen?’ De ontwerp-Nota Ruimte, die afgelopen week door Mona Keijzer werd gepresenteerd, geeft de overheid de visie op het ruimtelijk beleid tot 2050. Er moeten 1,65 miljoen huizen bijkomen. Binnenstedelijk en op uitleglocaties, maar ook in Groningen/Assen, Zuid-Limburg en Twente. 

Friso de Zeeuw

Consolidatie van beleidszaken

De Nota gaat ons volgens De Zeeuw heus wel een stukje vooruit helpen. Dat is te danken aan het feit dat er op verschillende punten meer concreetheid is over hoe de Rijksoverheid en de politiek aankijken tegen de ontwikkeling van ons land. ‘Het is vooral een consolidatie van beleidszaken die er al waren. Maar nu zijn de bouwlocaties bekend en ze staan in samenhang op de kaart. Ook is het positief dat er meer aandacht is voor economie, ruimtelijke ordening, water en bodem. Daarin is deze nota beter dan het concept van Hugo de Jonge. Dat was helemaal waardeloos.’

Nota vol ongerijmdheden

Maar er is geen uitvoeringsagenda en geen duidelijkheid over de financiën. ‘Dat doet ernstig tekort aan de betekenis van de nota’, vindt De Zeeuw. Hij geeft een aantal sprekende voorbeelden. Zo wordt Zuid-Limburg in de nota aangewezen als groeiregio. ‘Maar’, zegt hij, ‘in Zuid-Limburg is al decennialang geprobeerd om aansluiting te vinden op Aken en Luik, maar dat lukt nauwelijks. Er wordt nu op gewezen dat Maastricht een universiteitsstad is, maar de uitstraling daarvan is minimaal. Waarom zou het nu wel lukken, zonder uitvoeringsplan? Dat neigt naar luchtfietserij.’

Ook wijst hij op de regio Noord-Holland Noord. ‘Alkmaar is net aangewezen als grootschalig bouwgebied. Maar dat wil men nu op slot gooien. In de nota staat dat men daar alleen nog maar kan bouwen voor eigen behoefte. Dat is niet te begrijpen! Waar het groeit moet het stoppen, waar het stokt moet het groeien. De pot voor de Lelylijn is net geplunderd, maar voor de groeiregio Groningen wordt die wel vrolijk op de kaart getekend. Dat doet vreemd aan. Het zit vol met dat soort ongerijmdheden.’

Minder beleid en meer praktijk

‘Dat is een Nederlandse ziekte’, vindt De Zeeuw, ‘veel beleid organiseren en de uitvoering verwaarlozen. En als we nou een reputatie hadden in continuïteit van beleid, dan was dat niet zo erg. Maar dat hebben we niet.’ Daarom had hij veel liever gezien dat er wat minder ver vooruit was gekeken, tot bijvoorbeeld 2040, maar met meer realisme en mét aandacht voor de uitvoering, want daar zit volgens De Zeeuw de pijn. 

‘Als men de regie wil nemen, dan verwacht ik ook dat duidelijk wordt hoe die regie geëffectueerd wordt. Want je komt in de uitvoering allerlei dingen tegen. Bestuurders die dwars gaan liggen, aanhoudende netcongestie, de Kaderrichtlijn water, financiële krapte, een economische crisis, noem maar op. Minder beleid en meer praktijk, dat zou je deze nota toewensen.’ 

Gelukkig voor De Zeeuw is het nog maar een ontwerp, en hij moet nog door de Kamer worden besproken. Dus er kan nog van alles veranderen. 

Complexe vastgoeduitdagingen? Bekijk dit model voor ketensamenwerking

Lees meer Pijl naar rechts icoon